NATUUR- EN VOGELWERKGROEP --"DE GRUTTO"
  • Home
  • Aktiviteiten
    • Landschapsonderhoud
    • Jaarprogramma
    • Excursie verslagen
    • Ringaktiviteiten
    • Vogeltrektellingen >
      • Vogeltrektelling 10 september 2022
    • Waarnemingen
  • Werkgroepen
    • Weidevogel bescherming
    • Uilen
    • Zwaluwen
    • Nestkasten
  • Foto 's
    • Recente foto's
    • Natuurkalender
    • Amfibieën en reptielen
    • Flora
    • Juffers en libellen
    • Landschappen
    • Paddenstoelen
    • Vlinders
    • Vogels
    • Zoogdieren
    • Aruba
  • Jeugd
    • Scholenproject Red de vlinder en de bij 2020
    • Scholenproject Red de vlinder en de bij 2019
    • Scholenproject Red de vlinder en de bij 2018
    • Scholenproject Red de vlinder en de Bij 2017
    • Scholenproject Red de vlinder en de bij 2016
    • Jeugdnatuurgroep
    • Voorlichting en educatie
  • Overig
    • Soortbeschrijving
    • Bijzondere verhalen
    • Reisverslagen
    • Natuurnieuws
    • Vraag en Antwoord
    • Uit de oude doos
    • In memoriam
  • Contact

natuurkalender Mei

In de maand mei komen we, zoals ieder jaar, tijd tekort om alles wat vliegt, bloeit en boeit te kunnen vastleggen. Er valt ook zóveel te zien en te beleven! Evenals april was ook dit keer het aanbod aan foto’s dusdanig groot dat het kiezen ervan opnieuw erg lastig was. In veel gevallen zijn we niet dicht bij huis gebleven. Hopelijk zijn we er in geslaagd om u opnieuw een zo gevarieerd mogelijke fotosessie aan te bieden. Zoals u zult merken is de interesse voor vogels bij ons onverminderd groot. We laten u dan ook weer veel opnames van vogels in hun natuurlijke omgeving zien. De foto’s zijn zeer divers. Getoond worden opnames van: appelvink, goudvink, tuinfluiter, bonte vliegenvanger, geelgors, sijs, boompieper, fitis, rietzanger, holenduif, houtsnip, grutto, tureluur, oeverloper, kleine plevier, fuut, rotgans en kolgans. Ook hebben we deze keer diverse opnames uit het insectenrijk, zoals: viervlek, bruine korenbout, citroenlieveheersbeestje, gewone snuitvlieg, hooibeestje, haft of eendagsvlieg, groot goudhaantje, alsmede een bijzondere sluipwespsoort. Uit de plantenwereld hebben we de brede of breedbladige orchis aan de kalendermaand toegevoegd. Wij wensen u als steeds veel kijk- en leesplezier toe.    
Grutto 02-05-2015 Amerter Mark Gronau Dld  foto Leo WijeringGrutto 02-05-2015 Amerter Mark Gronau Dld foto Leo Wijering
Als je dichtbij de Duitse grens woonachtig bent, is een “Ausflug” naar onze Oosterburen snel gemaakt. In dit geval werd een bezoek gebracht aan het natuurgebiedje “Ammerter Mark“ ten oosten van Gronau. Hier heeft menigeen zich vorig jaar kunnen “vergapen” aan een groepje zwarte Ibissen, die er vrij lang hebben gebivakkeerd. Het gebied is echter vooral geschikt voor weidevogels. Op de bewuste locatie kon dan ook deze Grutto (Limosa limosa) worden geportretteerd, temidden van pinksterbloemen. Het is maar goed dat dit soort gebiedjes er nog zijn, waar weidevogels ongestoord hun jongen kunnen en mogen grootbrengen.    

Kleine plevier 03-05-2015 Oelemars Losser  foto Leo WijeringKleine plevier 03-05-2015 Oelemars Losser foto Leo Wijering
Kleine plevieren (Charadrius dubius) houden zich graag op in een schaars begroeide omgeving, met het liefst zoet water in de buurt, zoals in dit geval bij de Oelemars in Losser. Het is een plevier die je – in tegenstelling tot de bontbek- en strandplevier vooral in het binnenland kunt tegenkomen. Het gele oograndje is een bekend kenmerk. Volgens SOVON varieert het broedbiotoop van deze soort van recente natuurontwikkelings-gebieden, geplagde heide, afgravingen, tot bouwterreinen en rivierstranden. Veel van dergelijke terreinen zijn maar korte tijd geschikt voor het broeden van deze pioniersoort. Daardoor kunnen verspreiding en aantallen jaarlijks behoorlijk verschillen. Landelijk gezien nemen de aantallen echter nog steeds wat toe. 

Holenduif 04-05-2015 Oelemars Losser  foto Leo WijeringHolenduif 04-05-2015 Oelemars Losser foto Leo Wijering
Een soort, die het vooral in Twente heel erg goed doet, is de Holenduif (Columba oenas). Je kunt deze duivensoort zo’n beetje overal tegen komen. Zo ook bij de hiervoor genoemde Oelemars. De hoogste dichtheden in ons land vind je op de (hogere) zandgronden, zoals ook de Twentse situatie (kleinschalige landschappen). Voorwaarde is echter wel dat er akkerbouwgebieden in de buurt moeten zijn. Holenduiven hebben zich - in tegenstelling tot bijvoorbeeld zomertortels - opmerkelijk goed aan weten te passen aan het intensieve agrarische cultuurlandschap. Ze zijn bovendien in staat om veel legsels groot te brengen. Per jaar kunnen dat wel 4 broedsels zijn. Lang niet alle broedpogingen zijn evenwel succesvol. 

Fuut ~ baltsend paar ~ 05-05-2015 Oelemars Losser  foto Leo WijeringFuut ~ baltsend paar ~ 05-05-2015 Oelemars Losser foto Leo Wijering
De balts van de Fuut (Podiceps cristatus) is iets wat je in het voorjaar eigenlijk niet zou mogen missen. Het is erg indrukwekkend en beslist de moeite van het bekijken waard. De balts zelf bestaat uit meerdere mooie synchroon uitgevoerde rituelen. Hiervan zijn uiteraard heel wat foto’s gemaakt. Eén van deze rituelen ~ het slot van de zogeheten “pinguindans” ~ willen we u niet onthouden. Deze dans begint als het mannetje en het vrouwtje van elkaar wegzwemmen en tegelijkertijd onderduiken, zoals dat bij het synchroon zwemmen ook gebeurt. Even later komen ze samen boven, met de snavel vol waterplanten. Die bieden ze vervolgens aan elkaar aan, terwijl ze borst aan borst uit het water oprijzen, zoals op de foto te zien. Dat dit gepaard gaat met het nodige watergetrappel zal duidelijk zijn. 

Tuinfluiter 08-05-2015 omgeving Lochem  foto Leo WijeringTuinfluiter 08-05-2015 omgeving Lochem foto Leo Wijering
Een vogel, die vaak pas in mei terugkeert, is de Tuinfluiter (Sylvia boris). Alhoewel de soort in redelijke aantallen in ons land voorkomt, krijgen we ‘m niet al te vaak te zien. Wat dat betreft lijkt d’ie wel wat op de wielewaal. De meeste tuinfluiters worden dan ook op zang gedetermineerd. Deze lijkt verdacht veel op dat van een merel, maar wordt als het ware versneld weergegeven en houdt langer aan. De soort is nauw verwant aan de zwartkop en wordt door zijn verborgen leefwijze niet al te vaak gefotografeerd. Op 08 mei liet dit exemplaar zich echter verrassen toen deze gebruik wilde maken van het aanwezige water om er te baden. 

Rotgans - 10-05-2015 - Texel - foto Laurents ten VoordeRotgans - 10-05-2015 - Texel - foto Laurents ten Voorde
De Rotgans (Branta bernicla) dankt in ons land zijn naam aan het geluid dat de vogel maakt (rot rot) en niet omdat we het een vervelende gans vinden. Bij onze Oosterburen noemen ze hem Ringelgans, vanwege de witte ring om de hals. Rotganzen broeden op de barre Siberische toendra's. In de winter komen ze massaal naar Nederland, om in de Zeeuwse Delta en het Waddengebied te overwinteren. Een deel van de rotganzen trekt door naar Zuid-Engeland. Het merendeel van de wereldpopulatie overwintert hier of tankt bij, om vervolgens de oversteek naar Engeland te maken. De grootste aantallen tref je aan in april /mei. Van alle in Nederland voorkomende ganzen, is het de ganzensoort die het laatst naar zijn broedgebied vertrekt. In het Waddengebied kun je ze zelfs tot eind mei / begin juni aantreffen, zo ook dit exemplaar op Texel. 

Brede of breedbladige orchis - 11-05-2015 - Texel - foto Laurents ten VoordeBrede of breedbladige orchis - 11-05-2015 - Texel - foto Laurents ten Voorde
Het Waddeneiland Texel is niet alleen interessant voor vogelliefhebbers, maar ook voor mensen die geïnteresseerd zijn in bloemen en planten. Zo zie je overal in de wegbermen orchideeën staan, wat een prachtig gezicht is. In de 2e week van mei stonden er bijvoorbeeld veel Brede of Breedbladige orchissen (Dactylorhiza majalis). Deze orchissoort kun je zowel met gevlekte bladeren als met ongevlekte bladeren aantreffen. Op de foto staan beide varianten naast elkaar. Deze orchis kan echter snel verward worden met de Gevlekte orchis. Het blad van deze orchissoort is doorgaans duidelijk langer en smaller dan dat van de brede orchis. Bovendien bloeit de brede of breedbladige orchis wat eerder. 

Kolgans ~ klapwiekend ~ 12-05-2015 Oelemars Losser foto Leo WijeringKolgans ~ klapwiekend ~ 12-05-2015 Oelemars Losser foto Leo Wijering
Kolganzen (Anser albifrons) zijn vooral bekend als één van de meest algemene overwinterende ganzen in ons land. Als broedvogel komen ze in ons land niet zo veel voor. De afgebeelde kolgans bivakkeert al geruime tijd met 2 of soms 3 soortgenoten op de Oelemars in Losser. De onmiskenbare witte “kol” en de zwarte strepen op de buik maken de soort gemakkelijk herkenbaar. Vanuit de bekende kijkhut kon deze opname van een klapwiekend exemplaar worden gemaakt. 

Oeverloper 12-05-2015 Oelemars Losser foto Leo WijeringOeverloper 12-05-2015 Oelemars Losser foto Leo Wijering
Een andere (vrijwel) vaste bezoeker van de Oelemars is de Oeverloper (Actitis hypoleucos). Een groot deel van het jaar foerageren er altijd wel één of meerdere exemplaren langs de oever van deze locatie. De meeste oeverlopers trekken in het voorjaar door van medio april tot pakweg eind mei. De zomertrek komt vooral in juli en augustus op gang, maar loopt niet zelden door tot in oktober. Alhoewel de soort in de winter schaars is, worden er bij de Oelemars ook dan wel één of twee exemplaren waargenomen. De foto maakt duidelijk waaraan de soort zijn naam te danken heeft.       

Rietzanger ~ in de vlucht ~12-05-2015 - Texel - foto Laurents ten VoordeRietzanger ~ in de vlucht ~12-05-2015 - Texel - foto Laurents ten Voorde
De Rietzanger (Acrocephalus schoenobaenus) is een vogel van rietlanden en andere oevervegetaties en overwintert vooral in de Sahelzone ten zuiden van de Sahara. Op Texel kom je deze soort veel tegen. Met name bij de Horstmeertjes, waar veel riet aanwezig is, laat deze zanger zich regelmatig horen. Met het voorjaarsgevoel en een heerlijk zonnetje waren de rietzangers duidelijk in hun nopjes. Geregeld waren er allerlei acrobatische taferelen waar te nemen. Volop zingend vlogen ze van de ene naar de andere struik. Dit alles om het aanwezige vrouwtje te imponeren en duidelijk te maken dat ze bij hem en niet bij de buurman moest zijn. Deze was overigens al net zo druk. Deze steeds terugkerende gebeurtenis gaf de mogelijkheid om deze soort in de vlucht vastgelegd te krijgen. 

Bruine korenbout ~ net uitgeslopen mannetje ~ 13-05-2015 IJzeren Man Weert foto Wim WijeringBruine korenbout ~ net uitgeslopen mannetje ~ 13-05-2015 IJzeren Man Weert foto Wim Wijering
Een bezoekje aan de IJzeren Man in Weert leverde bijgaande opname op van een kort tevoren “uitgeslopen” Bruine korenbout (Libellula fulva). Het was niet moeilijk om dit  exemplaar te vereeuwigen, omdat dit “verse” mannetje (imago) nog net niet in staat was om te vliegen. Eén van de vier vleugels was namelijk nog niet geheel “uitgehard”. Het gehele uitsluipproces duurt doorgaans ruim een uur. In die tijd is de libel zeer kwetsbaar voor natuurlijke vijanden, zoals vogels, kikkers en zelfs mieren. Opmerkelijk genoeg ziet een uitgekleurd mannetje er heel anders uit dan dit juveniele exemplaar. Het achterlijf is in volwassen stadium geheel blauw berijpt, de ogen zijn blauwgrijs en het gezicht zwart. Hun naam doen ze dan geen eer meer aan.      

Viervlek - 14-05-2015 - Haaksbergerveen - foto Laurents ten VoordeViervlek - 14-05-2015 - Haaksbergerveen - foto Laurents ten Voorde
De Viervlek (Libellula quadrimaculata) is een libel uit de familie korenbouten. De soort kan waargenomen worden van eind april tot begin september en is te vinden op plaatsen met stilstaand water. Meestal betreft het zure, niet al te grote wateren. In Nederland komt de soort vooral voor in vennen en hoogveengebieden. De afgebeelde foto is gemaakt in het Haaksbergerveen aan het einde van de dag. Steeds weer kwam dit vrouwtje terug op dezelfde plek om van de laatste zonnestralen van de dag te genieten. Mannetjes keren steevast ook terug naar hun vaste stek als ze rivalen met snelle aanvalsvluchten hebben verdreven.


Sluipwesp ~man Megarhyssa vagatoria ~ 14-05-2015 Siberiƫ Haaksbergerveen foto Laurents ten VoordeSluipwesp ~man Megarhyssa vagatoria ~ 14-05-2015 Siberiƫ Haaksbergerveen foto Laurents ten Voorde
Tijdens een ander moment van libellenfotografie werd een vreemd insect op een berkenstam ontdekt. Doordat hij vrij hoog zat, was het lastig om er een goede foto van te maken. De gedachte ging weliswaar uit naar een sluipwesp, maar niet één met een dergelijk grote afmeting. Thuis gekomen begon het speurwerk wat het kon zijn. Op het internet werd uiteindelijk een site gevonden (http://www.nederlandsesoorten.nl/content/megagrote-nieuwe-sluipwesp) waar op 23 september 2012 melding werd gemaakt van een nieuwe, zeer grote, Sluipwespsoort (Megarhyssa vagatoria). Om zeker te zijn dat het in dit geval ook om deze megagrote sluipwesp ging, werd het natuurinformatiecentrum van Naturalis ingeschakeld. Uiteindelijk werd bevestigd dat het inderdaad om een Megarhyssasoort  ging, waarvan sinds 2012 drie soorten in Nederland zijn waargenomen. Te weten de M. Perlata, M. Superba en de M. Vagatoria. Uiteindelijk kwam men tot de conclusie dat het hier het mannetje betrof van de M. Vagatoria. Deze sluipwespsoort  heeft een afmeting van 3 cm en het vrouwtje is zelfs 4 cm groter, vanwege haar lange legboor.  

Appelvink ~ man ~ 15-05-2015 omgeving Lochem foto Wim WijeringAppelvink ~ man ~ 15-05-2015 omgeving Lochem foto Wim Wijering
Je hebt soms van die dagen dat alles mee zit. Het weer, volop tijd, leuke vogelsoorten, prettig gezelschap etc. Zo’n dag was 15 mei 2015. Lekker ontspannen in een schuilhut lieten zich in de loop van de namorgen en voormiddag maar liefst 18 verschillende vogelsoorten van nabij portretteren. En niet zo maar soorten. Wat dacht u bijvoorbeeld van dit mannetje Appelvink (Coccothraustes coccothraustes)? Prachtig toch! Let ook eens op de kolossale snavel. Het is niet bepaald een soort die je dagelijks in het blikveld, laat staan voor de camera, krijgt. De appelvink is één van de vijf soorten, die we u nu achtereenvolgens willen presenteren. 

Goudvink man 15-05-2015 omgeving Lochem   foto Wim WijeringGoudvink man 15-05-2015 omgeving Lochem foto Wim Wijering
Deze Goudvinkman (Pyrrhula pyrrhula) liet zich eveneens eenvoudig fotograferen.  Zaadeters, zoals vinken en gorzen, moeten geregeld drinken. Het waterplasje in de buurt oefent op deze vogels dan ook een grote aantrekkingskracht uit. Dit mannetje verscheen als eerste ten tonele om de veiligheid van de plek te beoordelen. Toen de kust veilig was, liet het mannetje het vrouwtje met zachte fluittonen weten dat ze kon komen drinken. Het duurde  niet lang voordat de wederhelft de dorst kon lessen. Al die tijd bleef het mannetje op de uitkijk en sloot zich, omdat alles als vertrouwd werd ervaren, pas toen bij haar aan om vervolgens zelf ook te gaan drinken. Een echte gentleman dus. Daar kan menigeen nog wat van leren!        

Sijs man 15-05-2015 omgeving Lochem  foto Wim WijeringSijs man 15-05-2015 omgeving Lochem foto Wim Wijering
Heel verrassend was de plotselinge komst van een Sijs (Spinus spinus – tot voor kort Carduelis spinus), een volwassen mannetje met kenmerkende zwarte kruin. De verrassing zit ‘m in het feit dat deze kleine vinkensoort te boek staat als schaarse en onregelmatige broedvogel in ons land. In sommige jaren zijn het er enkele honderden, maar er zijn ook veel jaren dat we het moeten doen met slechts enkele tientallen broedgevallen. Dit exemplaar zal zeker ook een broedvogel zijn geweest. Dat broeden doen ze overigens het liefst in sparrenbossen. Ze zoeken voedsel op de mezenmanier en hangen dikwijls onderste boven. De spitse kegelvormige snavel van de sijs is bij uitstek geschikt om zaden uit sparappels, elzenproppen en berkenkatjes te peuteren.      

Bonte vliegenvanger ~ man ~ 15-05-2015 omgeving Lochem foto Wim WijeringBonte vliegenvanger ~ man ~ 15-05-2015 omgeving Lochem foto Wim Wijering
De plaatsing van nestkasten in de buurt van de schuilhut zal er ongetwijfeld aan hebben bijgedragen dat er Bonte vliegenvangers (Ficedula hypoleuca) zijn gaan broeden. Dit mannetje liet zich op de bewuste dag op vele verschillende manieren fotograferen en zong zich werkelijk een slag in de rondte. Als hij even stil was ondernam hij steevast vanaf dezelfde dode boomtak korte voedselvluchten om – inherent aan zijn naam - een vliegend insect  te vangen. Uit de reeks foto’s, die er van dit beestje zijn gemaakt, werd deze foto met het “scheve koppie” uitgekozen. 

Boompieper 15-05-2015 omgeving Lochem  foto Wim WijeringBoompieper 15-05-2015 omgeving Lochem foto Wim Wijering
De laatste foto uit de schuilhutserie is die van een andere insecteneter, de Boompieper (Anthus trivialus). Heel bijzonder was dat dit exemplaar in het geheel niet schuw leek. Veel soorten willen namelijk nog wel eens schrikken van de klikgeluiden van de camera. Deze boompieper had daar absoluut geen last van. Op enig moment zat dit - onwetende -exemplaar zelfs op minder dan een meter van de telelens! En maak dan maar eens een foto. Boompiepers staan bekend om hun fraaie zangvluchten, waarbij ze met snelle vleugelslag recht omhoog vliegen om vervolgens al zingend als een parachute langzaam weer terug te keren op hun zangpost. 

Geelgors ~ man ~ 17-05-2015 Oelemars Losser   foto Leo WijeringGeelgors ~ man ~ 17-05-2015 Oelemars Losser foto Leo Wijering
De Oelemars is een geliefde locatie voor vogelfotografen. Dat we daar zelf ook geregeld te vinden zijn, zal u niet verbazen. Er zijn hier dan ook al heel wat bijzondere vogelsoorten gespot en gefotografeerd. Recentelijk verbleef er zelfs een paartje roodkeelduikers. Gelukkig is er niet alleen aandacht voor zeldzaamheden, maar ook voor de meer bekende soorten, zoals in dit geval deze Geelgors (Emberiza citrinella), die zich mooi van nabij liet fotograferen. De geelgors valt vooral op door het vele geel in het verenkleed, wat doorspekt is met donkere strepen. Vooral het mannetje heeft in het zomerkleed een opvallende gele kop, zoals ook op de foto te zien. 

Haft of Eendagsvlieg 17-05-2015 Beekvliet omgeving Lochem foto Fons WijeringHaft of Eendagsvlieg 17-05-2015 Beekvliet omgeving Lochem foto Fons Wijering
Deze Haft of Eendagsvlieg is één van de tientallen soorten die in Nederland voorkomt. Helaas hebben we de Latijnse benaming van de afgebeelde soort niet weten te achter-halen. Haften behoren tot de oudste nog levende gevleugelde insecten. Als larve (nymf) leeft dit insect het grootste deel van zijn leven onder water. Zodra ze uit het water komen zijn ze echter niet meer in staat om te eten. Ze leven vanaf dat moment nog maar heel kort; vandaar de naam eendagsvlieg. Dit laatste ontwikkelstadium heeft alleen nog maar de voortplanting ten doel. Omdat ze tegelijkertijd massaal uitvliegen, vallen zeer velen ten prooi aan vissen en vogels. Ze vervullen daardoor een belangrijke rol in de voedselketen. Haften zijn daarnaast goede indicatoren voor de waterkwaliteit.    

Goudhaantje 17-05-2015 Beekvliet omgeving Lochem foto Fons WijeringGoudhaantje 17-05-2015 Beekvliet omgeving Lochem foto Fons Wijering
Als je de naam Goudhaantje laat vallen ben je onmiddellijk geneigd te denken aan het kleinste vogeltje van ons land. Goudhaantjes komen echter ook voor in het insectenrijk. Ze vormen een groep binnen de zogeheten bladkevers. Veel goudhaantjes zijn metaal-kleurig groen, blauw of rood gekleurd. Ze dragen prachtige Nederlandse namen als: voorjaarsgoudhaantje, moertje, bremhaantje, violette hertshooigoudhaan, muntgoudhaan, elzenhaantje, rozemarijngoudhaantje, waterkershaantje en mosterdtor. Alhoewel niet geheel zeker van de determinatie, menen we toch dat de afgebeelde soort de Grote Goudhaan (Chrysolina graminis) betreft.      

Hooibeestje 17-05-2015  Beekvliet omgeving Lochem foto Fons WijeringHooibeestje 17-05-2015 Beekvliet omgeving Lochem foto Fons Wijering
Zo rond half mei zijn ook de eerste Hooibeestjes (Coenonympha pamphilus) weer present. Je kunt dit vrij algemene vlindertje vinden in zowel open, droge tot vrij vochtige en voedselarme graslanden. Ook in de heide en op pioniersvegetaties kun je ze aantreffen. Er zijn twee elkaar overlappende generaties. In de onderhavige situatie hebben we met de voorjaarsvorm te doen. De vlinders zoeken op allerlei soorten planten nectar, zowel in ruigte als bloemrijk grasland. Ze zijn vooral te vinden op akkerdistel, gewoon duizendblad en struikhei. Voor de ei-afzet zijn ze afhankelijk van allerlei soorten grassen. 

Tureluur ~ jonkie ~ 24-05-2015 Overtoom Rijssen foto Laurents ten VoordeTureluur ~ jonkie ~ 24-05-2015 Overtoom Rijssen foto Laurents ten Voorde
In de aprilsessie hebben we u een afbeelding voorgeschoteld van baltsende Tureluurs (Tringa totanus), maar toen hadden ze nog geen jongen. Zoals bekend mag worden verondersteld gaat het met de verschillende weidevogels niet zo best in Nederland. Bij ons in Twente is het al helemaal slecht gesteld. Broedende Tureluurs komen weliswaar nog steeds voor in onze contreien, maar al met al in zeer bescheiden mate. Het natuur-ontwikkelingsgebied Overtoom tussen Rijssen en Holten laat zien dat - als je het groots aanpakt - er zeker nog mogelijkheden zijn voor weidevogels. Zo waren hier in mei kuikens te zien van respectievelijk wulp, grutto, kievit en ook deze jonge Tureluur. Het verenkleed van dit jonkie wordt geleidelijk al zichtbaar door het dons heen. 

Gewone snuitvlieg 24-05-2015 Arboretum de Lutte foto Wim WijeringGewone snuitvlieg 24-05-2015 Arboretum de Lutte foto Wim Wijering
Deze Gewone snuitvlieg (Rhingia campestris) ziet er om meer dan één reden bijzonder uit. Zijn naam dankt d’ie in de eerste plaats aan het kegelvormige uitsteeksel vooraan de kop. Bovendien zit dit exemplaar als het ware op zijn achterste, terwijl hij / zij bezig is met het schoonmaken van z’n facetogen. De gewone snuitvlieg is één van onze meest algemene zweefvliegen. Aan het eind van de 19e eeuw kwam deze soort hier, samen met de Rode Snuitvlieg (Rhingia rostrata) nog zeer veel voor. Tijdens het begin van de 20ste eeuw verdween opmerkelijk genoeg de Rode Snuitvlieg geheel en al uit ons land, terwijl zijn neefje alleen maar in aantal toenam. In 2010 dook de rode snuitvlieg echter voor het eerst weer op in Nederland. Er wordt momenteel een oproep gedaan om vooral naar deze soort uit te kijken. Natuurlijk hadden we u graag een Rode snuitvlieg op beeld willen aanbieden, maar wat niet is, kan natuurlijk altijd nog komen.    

Citroenlieveheersbeestje 24-05-2015 Roderveld Volthe foto Wim WijeringCitroenlieveheersbeestje 24-05-2015 Roderveld Volthe foto Wim Wijering
Een soort waar je bij Scrabble (als je de Latijnse naam er bij mee neemt) veel punten mee kunt verdienen, is het Citroenlieveheersbeestje (Psyllobora vigintiduopunctata). Het is een klein kevertje wat overal voorkomt waar meeldauwschimmels te vinden zijn. Daaruit bestaat namelijk zijn voedsel. Ze verschillen daarmee van veel andere soorten lieveheersbeestjes, zoals de “zevenstippen, tweestippen en Aziaten”, die namelijk verzot zijn op bladluizen. Qua kleurtekening verschillen de “citroentjes” natuurlijk ook van hun oranjerode neefjes. Vermoedelijk hebben we hier met een vrouwtje te doen, vanwege de vele zwarte stipjes op de kop. Bij het mannetje zou er veel meer geel op de kop te zien moeten zijn.

Fitis 27-05-2015  omgeving Lochem foto Fons WijeringFitis 27-05-2015 omgeving Lochem foto Fons Wijering
Mits onder goede lichtomstandigheden, zorgen statische foto’s op korte afstand er meestal voor dat details van bijvoorbeeld kop- en vleugeltekening goed tot zijn recht komen. Een stuk lastiger is het om actiefoto’s te maken, waarbij de koptekening zoveel mogelijk scherp blijft. En ook daar proberen we zoveel mogelijk naar te streven bij het maken van natuurfoto’s. In het geval van deze zich uitschuddende Fitis (Phylloscopus trochilus), is dat naar onze mening goed gelukt. U zult begrijpen dat deze foto is genomen na het nemen van een bad.


Houtsnip ~ koptekening ~ 27-05-2015 omgeving Lochem foto Fons WijeringHoutsnip ~ koptekening ~ 27-05-2015 omgeving Lochem foto Fons Wijering
We sluiten de meimaand deze keer af met een soort, die veel natuurfotografen nog steeds als wenssoort op hun lijstje hebben staan. Dat komt omdat de afgebeelde soort, een Houtsnip (Scolopax rusticola) er – vooral in de broedtijd – een zeer verborgen leefwijze op na houdt. Bovendien is deze snipachtige op de bosbodem bijzonder goed gecamoufleerd en wordt pas in de schemering actief. Geduld wordt lang niet altijd beloond, maar in dit specifieke geval dus wel. En dan nog wel een opname waarbij dit exemplaar zijn kop “net boven het maaiveld uitsteekt”. Mooi toch! 

Auteurs: Wim Wijering en Laurents ten Voorde

Foto’s Leo, Fons en Wim Wijering, alsmede Laurents ten Voorde

Copyright © 2014 Natuur en Vogelwerkgroep "De Grutto" | Sitemap | Colofon | ​Contact​