natuurkalender maart 2015
Als ooit het weerrijm “Maart roert zijn staart” van toepassing was, dan was het de afgelopen dagen wel. Niet bepaald de tijd om de natuur in te trekken om prachtopnames te maken, tenzij je er een genoegen in schept om zware wolkenvelden, hagelbuien, wolkbreuken, omgevallen bomen etc voor het nageslacht vast te willen leggen. Desalniettemin had de maand maart gelukkig veel te bieden. Omdat we momenteel met z’n vieren de natuurkalender vullen, was het lastig om keuzes te maken uit het aanbod van meer dan 80 foto’s. Een deel van de (net) niet uitverkoren foto’s zullen overigens te zijner tijd in onze fotorubrieken alsnog te bewonderen zijn. Als gewoonlijk hebben we ook deze keer weer veel aandacht besteed aan onze gevleugelde vrienden. Nochtans hebben we gemeend ook andere onderwerpen aan deze fotosessie toe te moeten voegen. Hopelijk kunnen de foto’s en de toelichting uw goedkeuring dragen. De opnames zijn ook deze keer weer op datumvolgorde.
Bloemrijke weides en slootkanten waar zie je ze nog? Weidevogels, zoals ook deze Graspieper (Anthus pratensis), dreigen mede hierdoor langzamerhand als broedvogel uit ons land te verdwijnen. Sinds de zestiger jaren is meer dan 60 procent van alle Nederlandse weidevogels reeds verdwenen. Oorzaken van het verdwijnen zijn er te over. Dat laat onverlet dat we gelukkig toch nog steeds weidevogels op de gevoelige plaat kunnen vastleggen. Vooral tijdens de voorjaarstrek heb je hiertoe de meeste kans. Graspiepers trekken in maart en april namelijk massaal door. Het zijn dan vooral Scandinavische vogels, die op weg zijn naar hun broedgebieden in het Noorden.
Op zich is het fotograferen van een Steenloper (Arenaria interpres) in het Lauwersmeergebied geen al te grote kunst. Er struinen er altijd wel een aantal in het havengebied rond. Bovendien zijn ze niet al te schuw. Wat deze foto evenwel zo bijzonder maakt is dat het lijkt alsof deze foto in een arctische omgeving is gemaakt. De realiteit is echter dat bij visverwerking veel ijs wordt gebruikt. Kort voor het maken van deze opname heeft men een behoorlijk ijsvrachtje op de grond gekiept. De visrestjes in en op het ijs oefenen een grote aantrekkingskracht uit op steenlopers. Het is gewoon een kwestie van een goede positie innemen en wachten op het maken van de juiste shot. Easy doet it. Maar ja, daarna nog de verfijning…
Een paar Blauwe kiekendieven (Circus cyaneus) zou omstreeks 1890 in het Agelerbroek hebben gebroed, maar dat is nooit bewezen en thans niet meer te achterhalen. “Blauwe Kieken” worden in Twente vooral in de winter waargenomen. Het Haaksbergerveen en de Engbertsdijksvenen worden jaarlijks door Blauwe kiekendieven als slaapplaatsen gebruikt. ’s Ochtends vliegen deze kiekendieven naar hun jachtgebied wat meestal niet veel groter is dan zo’n twee vierkante kilometer. In het Agelerveld en op de Ageler-es foerageren in de winterperiode altijd wel enkele blauwe kiekendieven. Het exemplaar op de foto (een uitgekleurd mannetje) heeft een prooi te pakken, waardoor we de gelegenheid kregen om een aantal foto’s van deze fraaie soort te maken. Een buitenkansje laten we maar zeggen.
Auteur: Wim Wijering
Foto’s: Leo, Fons en Wim Wijering en Laurents ten Voorde
Foto’s: Leo, Fons en Wim Wijering en Laurents ten Voorde