NATUUR- EN VOGELWERKGROEP --"DE GRUTTO"
  • Home
  • Aktiviteiten
    • Landschapsonderhoud
    • Jaarprogramma
    • Excursie verslagen
    • Ringaktiviteiten
    • Vogeltrektellingen >
      • Vogeltrektelling 10 september 2022
    • Waarnemingen
  • Werkgroepen
    • Weidevogel bescherming
    • Uilen
    • Zwaluwen
    • Nestkasten
  • Foto 's
    • Recente foto's
    • Natuurkalender
    • Amfibieën en reptielen
    • Flora
    • Juffers en libellen
    • Landschappen
    • Paddenstoelen
    • Vlinders
    • Vogels
    • Zoogdieren
    • Aruba
  • Jeugd
    • Scholenproject Red de vlinder en de bij 2020
    • Scholenproject Red de vlinder en de bij 2019
    • Scholenproject Red de vlinder en de bij 2018
    • Scholenproject Red de vlinder en de Bij 2017
    • Scholenproject Red de vlinder en de bij 2016
    • Jeugdnatuurgroep
    • Voorlichting en educatie
  • Overig
    • Soortbeschrijving
    • Bijzondere verhalen
    • Reisverslagen
    • Natuurnieuws
    • Vraag en Antwoord
    • Uit de oude doos
    • In memoriam
  • Contact

natuurkalender juli 2016

Aandacht besteden aan lang van tevoren gedane weersvoorspellingen, gaan we vanaf nu niet meer doen.  Van die voorspelde heerlijke warme zomermaand juli is namelijk niet bijster veel terecht gekomen. Natuurlijk hadden we van 19 tot en met 21 juli tropische temperaturen van 30° C en hoger, terwijl op de 20e het kwik zelfs opliep tot maar liefst 34° C ! Maar dat was weer net iets teveel van het goede. Duidelijk is dat we terug kunnen zien op een tamelijk wisselvallige zomermaand, waarin het vooral veel regende. Maar ja, over het weer kun je ellenlang met elkaar discussiëren, maar eigenlijk schiet je er niets mee op. Laten we ons maar beperken tot  onze geliefkoosde hobby; natuurfotografie. Ook deze keer willen we u weer graag deelgenoot maken van onze belevenissen met de camera.
Net als in juni kregen deze maand de vogelfoto’s niet de overhand. Dat laat onverlet dat we opnieuw een aantal meer dan interessante vogels op de gevoelige plaat hebben weten vast te leggen. Wat te denken van: nachtzwaluw, middelste bonte specht en grauwe klauwier! Andere soorten die aan bod zullen komen zijn dit keer:  bosrietzanger, fazant, gaai, gele kwikstaart, goudhaan, goudvink en sperwer. In de categorie dag- / nachtvlinders en in het verlengde hiervan de libellen, hebben we deze keer eveneens een aantal bijzondere soorten op de gevoelige plaat weten vast te leggen, zoals koninginnenpage en phegeavlinder. Daarnaast werden vastgelegd: bont schaapje, boomblauwtje, eikenpage, kleine vuurvlinder en zwervende heidelibel. Voorts verschenen twee zoogdieren voor de lens, te weten: eekhoorn en egel.  Met uitzondering van één florafoto (kardoen) en één spinnenfoto (gerande oeverspin) hebben de laatste vier foto’s betrekking op insecten, waartoe het mannetje en het vrouwtje van het zeldzame vliegend hert met daarnaast de gewone zandspinnendoder en de zompsprinkhaan. De opnames zijn dit keer afkomstig van maar liefst acht “natuurfotografen”.
​
De julimaand had kortom weer volop te bieden; dus gauw kijken en vergeet vooral niet om ook de toelichting te lezen.


Wat u verder ook niet moet vergeten is om een blik te werpen op de overige recente natuurfoto’s van deze maand, die vanuit de natuurkalender kunnen worden aangeklikt. Dan krijgt  u nog veel meer te zien. De opnames komen vergroot het best tot hun recht. Daartoe hoeft u alleen maar op de foto´s te klikken. Wij wensen u als steeds veel kijk- en leesplezier toe.
KardoenKardoen met grote klaproos 01-07-2016 Fortmond foto Wim Wijering
Voor de verandering staan de foto´s dit keer op datumvolgorde. De julisessie begint voor de afwisseling met een opname van deze Kardoen (Cynara cardunculus), althans de bloemknopvorming temidden van bloeiende klaprozen. De foto werd gemaakt op de eerste dag van juli in Fortmond,  vlakbij de Duursche waarden. De kardoen is een distelsoort, die wel 2 meter hoog kan worden en verwant is aan de artisjok. De soort is afkomstig uit het Middellandse Zeegebied en heeft doorgaans meerdere paarsblauwe bloemen. Voor de bloei was het op dat moment nog wat te vroeg. Dat gebeurt pas in augustus en september. Genoemde distelsoort wordt geteeld als groente. De jonge bloemknoppen met de onderkant van de schutbladeren, evenals het hart van de bloemen, maar vooral de bladstelen, zijn goed te eten.

Grauwe klauwierGrauwe klauwier ~ mannetje ~ 03-07-2016 Bargerveen foto Leo Wijering
Twee dagen later kon in het Bargerveen dit mannetje van de Grauwe Klauwier (Lanius collurio) op de gevoelige plaat worden vastgelegd. Dit veengebied is met voorsprong nog steeds het belangrijkste bolwerk voor deze soort. Lange tijd ging het met de grauwe klauwier niet goed in ons land. In 1985 waren er nog maar circa 100 paar over. Het leeuwendeel hiervan was - zoals gezegd - te vinden in het Bargerveen. Gelukkig is er de laatste jaren sprake van enig herstel en zit de soort weer in de lift. De afname was destijds het gevolg van de enorme verarming van het insectenleven, waarvan deze soort volledig afhankelijk is. Ook het verdwijnen van kleine landschapselementen heeft een grote impact gehad op de soort. Klauwieren zijn echte zomervogels, die we vòòr half mei eigenlijk hier niet mogen verwachten, terwijl de eerste exemplaren in juli al weer vertrekken.

EgelEgel 03-07-2016 Grote Rietplas Emmen foto Leo Wijering
Alhoewel de Egel (Erinaceus europaeus) een grote verspreiding heeft in ons land, gaat het met dit  stekelachtige zoogdier, die het eveneens van insecten moet hebben, steeds meer bergafwaarts. In onze contreien noemen we egels “stekkelvarkens”. Dit laatste heeft waarschijnlijk te maken met de gewoonte om net als varkens te smakken tijdens het eten. Eigenlijk hoort de egel thuis op de Rode Lijst van bedreigde zoogdieren, maar zover is het (nog) niet. Veel egels komen namelijk om in het wegverkeer of raken in de problemen door voedselgebrek. We kennen deze soort vooral als schemer- en nachtdier, maar soms kom je ze ook gewoon overdag tegen, zoals in dit geval ’s morgens om kwart voor elf. Vaak denkt men dan dat ze ziek zijn, maar egels nemen niet zelden een zonnebad, net als jonge vogels. Een ”dagactieve“ egel is weliswaar bijzonder, maar toch ook weer niet.

Kleine vuurvlinderKleine vuurvlinder 04-07-2016 Grote Rietplas Emmen foto Leo Wijering
Op 4 juli kon deze Kleine vuurvlinder (Lycaena phlaeas) worden vereeuwigd. Zoals al uit de naamgeving valt af te leiden, zijn kleine vuurvlinders niet bijster groot. Ze zien er met hun helder oranjebruine uiterlijk best wel fraai uit en ze zijn gelukkig ook nog vrij algemeen. Dat komt waarschijnlijk omdat deze soort in de regel per jaar drie generaties kent. Sommige exemplaren hebben blauwe vlekjes op de achtervleugel; de meeste echter niet. Bijzonder genoeg behoort de kleine vuurvlinder tot de blauwtjes. De waardplant is zuring en dan vooral schapenzuring, alhoewel er ook eitjes worden gelegd op veldzuring.  De eitjes worden aan de onderzijde van de bladeren “afgezet”. Kleine vuurvlinders zijn vooral te vinden in bloemrijke graslanden, waar de mannetjes hun territorium fel verdedigen.

BosrietzangerBosrietzanger 04-07-2016 Bargerveen foto Leo Wijering
Op dezelfde dag zagen we tevens kans om deze Bosrietzanger (Acrocephalus palustris) te portretteren. Net als de kleine plevier is het een echte pionierssoort. Ze profiteren soms massaal van tijdelijk beschikbare biotopen. Jaarlijks kan de stand dus behoorlijk fluctueren. De bosrietzanger lijkt erg veel op de kleine karekiet en beide zijn qua uiterlijk vrijwel elkaars evenbeeld. Pas als je beide soorten in de hand hebt, kun je zien dat de bosrietzanger meer grijsbruin van kleur is en de kleine karekiet meer roodbruin. Dat is in het veld evenwel nauwelijks te zien. Het verschil zit ‘m met name in de zang en het biotoop. De bosrietzanger is, net als de spotvogel, een geweldige imitator en kan urenlang (ook ’s nachts) blijven doorzingen. Zijn naam klopt eigenlijk niet, want bosrietzangers komen in erg  bosrijke gebieden niet eens voor. Wel zitten ze graag in wat opslag, vaak in de nabijheid van water. Ook van bosrietzangers kunnen we doorgaans maar kort genieten. Ze zijn er pas in de tweede helft van mei, terwijl de eerste exemplaren al weer half juli vertrekken.

Middelste bonte spechtMiddelste bonte specht 04-07-2016 omgeving Lochem foto Fons Wijering
Eveneens op 4 juli kon eindelijk ook weer eens een Middelste Bonte Specht (Dendrocopos medius) worden gefotografeerd. Het was nog lastig genoeg om de soort gedetermineerd te krijgen, omdat in de directe omgeving ook jonge grote bonte spechten voorkomen, die er in deze tijd van het jaar heel veel op lijken. Zoals bekend mag worden verondersteld is Twente gaandeweg één van de belangrijkste bolwerken geworden van deze oprukkende soort. Er werden in 2016 in deze regio maar liefst 270 territoria “mibo’s” vastgesteld, zoals veel vogelaars deze soort noemen. Mibo’s hebben een duidelijke voorkeur voor loofbossen of singels met oude eiken, haagbeuken en iepen, in combinatie met open plekken en dichte bosschages. In tegenstelling tot andere spechten roffelt de middelste bonte specht maar heel sporadisch. Bovendien zoeken ze vaak voedsel op horizontale takken.

FazantFazant ~ juveniele vogels ~ 06-07-2016 Parc Sandur Emmen foto Leo Wijering
Een behoedzaam loopje past bij echte loopvogels, zoals dat op de foto goed te zien is bij dit groepje jonge Fazanten (Phasianus colchicus). Dat behoedzame is wat de jongen instinctmatig bij de geboorte meekrijgen. Bijzonder is dat jonge fazanten - ook al zijn ze dan nog klein - op hun twaalfde dag al aardig kunnen vliegen. Dat kennen we ook van patrijzen en kwartels. Omdat er bij de fazant vaak grote verliezen optreden, worden er door de hen veel eieren gelegd; gemiddeld wel een stuk of 14. De belangrijkste doodoorzaak bij veel jongen is voedselgebrek. Vooral in landbouwgebieden waar veel granen en maïs staan (die regelmatig worden bespoten tegen insecten en schimmels) is de stand drastisch afgenomen. Ook een koud en nat voorjaar kan het broedresultaat enorm beïnvloeden. 

​

Vliegend hertVliegend hert ~ mannetje ~ 06-07-2016 Mander foto Laurents ten Voorde
Ooit wel eens een Vliegend Hert (Lucanus cervus) gezien? Zo niet, dan hebben wij er nu twee voor u “in de aanbieding”. Allereerst maar eens dit mannetje met z’n grote kaken. Ze zien er wellicht wat   afschrikwekkend uit, maar zijn oh zo onschuldig. Het vliegend hert is één van de grootste Europese kevers. Ze kunnen een lengte van wel meer dan 9 centimeter bereiken! De Nederlandse naam is afgeleid van de enorme vertakte kaken van het mannetje, die doen denken aan een hertengewei. De opname is gemaakt in het naburige Mander, één van de weinige plekken in ons land waar deze fraaie soort nog voorkomt. Vliegende herten leven het grootste deel van hun leven als larve onder de grond. Dat kan wel 8 jaar duren. Eenmaal verpopt en uitgevlogen, is hen geen lang leven beschoren; bij de mannetjes is dat hooguit enkele weken. Vrijwilligers dragen er zorg voor dat er speciaal voor deze zeldzame keversoort zogeheten broedstoven van eikenhout worden aangelegd.

Vliegend hertVliegend hert ~ vrouwtje ~ 06-07-2016 Mander foto Rinus Baayens
Bij de vrouwtjes van het Vliegend Hert (Lucanus cervus) ontbreken de vergrote kaken, waardoor ze gemakkelijk zijn te onderscheiden van de mannetjes. Dat is op bijgaande foto goed te zien. In tegenstelling tot de mannetjes zijn de kaken van het vrouwtje krachtig en scherp, waarmee ze behoorlijk kunnen bijten.  Ze knagen hiermee gaten in de schors van bomen om vervolgens de sapstroom op te likken. Mannetjes profiteren hier van mee. Op dergelijke plekken vinden ook de krachtmetingen plaats tussen de mannetjes, waarbij ze proberen elkaar omver te werpen. Dit gebeurt in slow motion en is indrukwekkend om te zien. Het sterkste mannetje blijft over en mag nadien met het vrouwtje paren. De vrouwtjes houden het qua levensduur wat langer uit dan de mannetjes en blijven één tot twee maand in leven. Het is en blijft een voorrecht om deze prachtige dieren van dichtbij te mogen bewonderen.

Gerande oeverspinGerande oeverspin 11-07-2016 Budel-Dorplein foto Wim Wijering
Op 11 juli werd deze Gerande Oeverspin (Dolomedes fimbriatus) op de gevoelige plaat vastgelegd. De determinatie heeft enige reserve in zich, omdat de Grote Oeverspin (Dolomedes plantarius) erg veel op voorgaande soort lijkt. De gele randen zijn bij de gerande oeverspin evenwel wat nadrukkelijker aanwezig. Beide spinnensoorten kunnen tamelijk groot worden (tot wel 2,5 cm) en behoren tot de zogeheten kraamwebspinnen. Spinnen worden ten onrechte wel eens tot de insecten gerekend. Het is goed om in dit verband te weten dat insecten zes poten bezitten en spinnen acht. Zoals op de foto te zien beschikt de gerande oeverspin over vrij dikke poten. Het lichaam is dicht fluweelachtig behaard. De kleur hiervan kan variëren van bruin tot zwart. De gerande oeverspin wordt vaak dichtbij het water aangetroffen. Daar jagen ze op langslopende of zwemmende prooidieren. Ook in de onderhavige situatie was het water niet veraf.

PhegeavlinderPhegeavlinder 11-07-2016 Kempen-Broek foto Sewlva Wilbers-Wijering
Op dezelfde datum kon in hetzelfde gebied de Phegeavlinder (Amata phegea) worden gefotografeerd; een dagactieve nachtvlinder uit de familie van de beervlinders. Het is, zoals uzelf kunt constateren, een opvallende verschijning, want zowel de voor- als achtervleugels zijn blauwzwart van kleur en zitten vol met witte vlekjes. Om die reden wordt deze nachtvlinder ook wel beschreven als melkdrupje.  Niet alleen het uiterlijk is bijzonder, maar ook het verspreidingsgebied is opvallend. De soort komt namelijk vrijwel alleen maar in ons land voor in het noorden van Limburg en het aangrenzende deel van Noord Brabant. Nochtans breidt de soort zich heel geleidelijk uit. Ze vliegen van eind mei tot half augustus in één generatie.

Bont schaapjeBont schaapje 12-07-2016 Wilgenkamp Losser foto Leo Wijering
Een dag later werd een Bont Schaapje (Acronicta aceris), vereeuwigd; niet zijnde een zoogdier op vier poten, maar eveneens een nachtvlinder. Deze soort ziet er lang niet zo spectaculair uit als voorgaande soort, maar dat geldt zeker niet voor de rups. Die is namelijk erg mooi, sterk behaard en bijzonder opvallend gekleurd. De vleugels van  de vlinder zijn bruinachtig en grijs bespikkeld. Het is een vrij algemene nachtvlinder, die verspreid over het gehele land voorkomt. Op loofbomen als paardenkastanje, Spaanse aak, berk en eik worden de eitjes afgezet. Het bont schaapje lijkt wel wat op de schilddrager en kan daarmee worden verward.

Gele kwikstaartGele kwikstaart ~ man met bedelend jong ~ 12-07-2016 omgeving Oelemars Losser foto Leo Wijering
Op dezelfde datum kon ook deze opname worden gemaakt van een mannetje Gele Kwikstaart (Motacilla flava) , die even tevoren op het wegdek een bedelend jong van voedsel heeft voorzien. Kwikstaarten zoeken graag voedsel langs de kant van de weg, omdat er immers veel insecten worden doodgereden. Dat foerageren langs de weg is een niet bepaald ongevaarlijke bezigheid. Ook kwikstaarten verworden op deze wijze nogal eens tot verkeersslachtoffer. Fraai zijn vooral de mannetjes met hun knalgele pakkie, hun grijze koptekening en de lichte wenkbrauwstreep. Wat dat betreft zien de vrouwtjes en de jongen er maar flets uit. 

GoudhaanGoudhaan~ juveniele vogel ~ 12-07-2016 omgeving Lochem foto Fons Wijering
Nog steeds op de 12e kon ook deze jonge Goudhaan (Regulus regulus) worden vereeuwigd. Met z’n 8,5 centimeter is het het kleinste vogeltje van Europa. Dat het nog een jong beestje is, is te zien aan het ontbreken van de gekleurde kruin. Goudhaantjes vallen niet al teveel op, omdat ze vaak foerageren in de toppen van naaldbomen. Ze verraden hun aanwezigheid echter door hun hoge zang en dito roepjes. Daar kun je voor jezelf een gehoortest op los laten. Als de hoge tonen minder goed of helemaal niet meer te horen zijn, dan weet je dat het gehoor behoorlijk is achteruitgegaan. Met het verstrijken der jaren is dat trouwens de normaalste zaak van de wereld. 

​

GaaiGaai ~ koptekening juveniele vogel ~ 17-07-2016 omgeving Lochem foto Fons Wijering
Het maken van close-ups of koptekeningen van vogels in de vrije natuur is niet zo maar gedaan, of je moet een “loei” van een lens hebben. Maar dan nog. In dit geval bracht de schuilhut uitkomst en kwam deze juveniele Gaai (Garrulus glandarius) “akelig dichtbij.” En dat is toch wel ff kicken. Om vogels van dichtbij te fotograferen is vaak veel geduld nodig. Ook moet je uiterst voorzichtig zijn om de dieren niet te verstoren. En niet in de laatste plaats; heb je natuurlijk een dosis geluk nodig. Dat was in de onderhavige situatie het geval bij deze gaai; een vogelsoort die in de regel toch als redelijk schuw te boek staat. We schrijven d.d. 17 juli 2016.

EekhoornEekhoorn ~ drinkend ~ 17-07-2016 omgeving Lochem foto Fons Wijering
Op dezelfde dag kon ook vanuit de schuilhut deze drinkende jonge Eekhoorn of Rode Eekhoorn (Sciurus vulgaris) op beeld worden vastgelegd. De opname is vanuit een laag standpunt genomen en vanwege de korte afstand is er sprake van een mooie scherptediepte. Het leuke aan deze foto is de omhoog gehouden pluimstaart van deze rakker. Bij het maken van de foto is verder in alle opzichten rekening gehouden met de achtergrond en is het landschapseffect niet uit het oog verloren. Dat maakt deze foto best wel bijzonder, toch!

GoudvinkGoudvink ~18-07-2016 omgeving Lochem foto Fons Wijering
Een dag later werd in het Gelderse bij datzelfde watertje een drinkende Goudvink (Pyrrhula pyrrhula) “gekiekt”. Bij het zien van dit ruiende mannetje moesten we best wel een beetje grinniken, omdat we gelijk wat overeenkomsten zagen met het kapsel van Zlatan Ibrahimovic. Gekscherend hebben we er maar gelijk een nieuwe soort van gemaakt, aangeduid met de wetenschappelijke naam:  Pyrrhula zlatanovic. Die naamgeving zal wel nooit erkend worden, maar we zien de lol er wel van in.  Eén ding is zeker: Vo

KoninginnepageKoninginnepage 18-07-2016 Weert foto Noël Wilbers
Een stuk zuidelijker - en wel in het Limburgse - werd op dezelfde dag deze Koninginnepage (Papilio machaon) op de gevoelige plaat vastgelegd. Deze prachtige vlinder werd - juist op het moment dat deze plaats wilde nemen op een vlinderstruik - geportretteerd. De opname werd gemaakt met een hoge sluitertijd, iets wat onder dergelijke omstandigheden bij vlinders en of libellen aan te raden is. In de onderhavige situatie droeg het zonnige weer er ook toe bij dat het juiste afdrukmoment kon worden gekozen. Al met al is het mooi gelukt. Trouwens, is het nu Koninginnepage of Koninginnenpage en moet het met een hoofletter K of met een gewone letter k. Eerlijk gezegd zijn we wat dat betreft in Nederland, zoals met veel dingen,  best wel een beetje doorgeslagen.

EikenpageEikenpage 20-07-2016 Kempen-Broek foto Wim Wijering
Bij de Eikenpage (Neozephyrus quercus) is men qua schrijfwijze veel stelliger. Deze vlindernaam wordt tegenwoordig zonder uitzondering met een n geschreven. Het is jammer dat deze pagesoort zo weinig zijn vleugels opent, want dan zouden we mooi de blauwpaarse kleuren op de vleugels kunnen zien. Vooral op warme avonden zijn eikenpages geregeld te vinden op en rond de kruinen van grote eiken. Daarom wordt de soort maar weinig gezien. De vlinders voeden zich, net als mieren, met honingdauw en daarnaast met nectar van sporkehout, boerenwormkruid, braam en distels. In dit geval kwam de eikenpage naar de grond om te drinken uit de vochtige aarde of om mineralen uit de bodem te halen

Zwervende heidelibelZwervende heidelibel 20-07-2016 Kempen-Broek foto Wim Wijering
We zijn intussen met de eikenpage en deze Zwervende heidelibel (Sympetrum fonscolombii) al weer twee dagen verder. Lange tijd was de zwervende heidelibel in ons land een vrij zeldzame soort uit Zuid Europa, maar inmiddels heeft deze libel zijn status verruild tot redelijk algemeen voorkomend. De zwervende heidelibel is van de andere Nederlandse libellen te herkennen aan de blauwgrijze onderkant van de ogen. Dat is zelfs bij deze tegenlichtopname nog goed te zien. Ook goed waarneembaar zijn de zwarte poten met gele strepen. Ook dat is een kenmerk van deze rusteloze soort. De blauwe kleur bij de ogen komt weliswaar ook voor bij de vuurlibel, maar die heeft een breed en afgeplat achterlijf en dat is bij dit exemplaar geenszins het geval.

SperwerSperwer ~ juveniele vogel ~ 20-07-2016 omgeving Lochem foto Fons Wijering
Eveneens op 20 juli kon deze juveniele Sperwer (Accipiter nisus) worden vastgelegd. Dat het een jonge vogel is, is te zien aan het bruine verenkleed met de roestrode zomen en de grove bandering op de borst. Bij sperwers is er een behoorlijk grootteverschil tussen mannetjes en vrouwtjes. De vrouwtjes zijn een stuk groter; dat kan wel 10 cm zijn. De sperwer is één van de weinige roofvogels, die menige tuin met een bezoek vereerd. Meestal ben je dan wel een kleinere vogelsoort uit de tuin kwijt, want het zijn echte vogeljagers. In dit geval werd de vogel in een larixbos geportretteerd. ​

BoomblauwtjeBoomblauwtje ~ met eiafzet ~ 22-07-2016 Lemselermaten Weerselo foto Wim Wijering
Voordat we aan de laatste opname toekomen, laten we u eerst nog 3 foto’s zien, welke alle zijn vervaardigd op 22 juli in de Lemselermaten te Weerselo. Allereerst maar eens dit Boomblauwtje (Celastrina argiolus), welke geruime tijd bezig was met ei-afzet op de bovenste takken van struikheide. De eitjes werden één voor één afgezet. Naast struikheide dient in de zomer ook klimop, vlinderstruik en grote kattenstaart als waardplant voor deze soort. In het voorjaar worden de eitjes vooral afgezet op sporkehout en hulst. Het boomblauwtje wordt ook wel aangeduid als zilverblauwtje vanwege de zilverkleurige onderzijde van de vleugels.

Gewone zandspinnerdoderGewone zandspinnendoder 22-07-2016 Lemselermaten Weerselo foto Wim Wijering
Ons land kent maar liefst 15 beschreven zandspinnendoders. Daar is de afgebeelde Gewone zandspinnendoder (Arachnospila anceps) er één van. Spinnendoders jagen weliswaar op spinnen, maar een directe relatie tussen bepaalde spinnendoders en bepaalde spinnen is er niet. Logischerwijs jagen ze op spinnen die in hun territorium voorkomen. Er lijkt overigens wel een voorkeur te zijn voor wielweb- en trechterspinnen. Ook jagen ze vooral op vrouwelijke spinnen, omdat die vaak een stuk groter zijn. Dat betekent eenvoudigweg meer voedsel voor de larve van de spinnendoder. De opname werd gemaakt bij de nestingang van genoemde soort.

ZompsprinkhaanZompsprinkhaan 22-07-2016 Lemselermaten Weerselo foto Wim Wijering
De kleur van een Krasser (Pseudochorthippus parallelus) is zeer variabel.  Dat kan groen, rood, bruin, geel of zelfs paars zijn. De meeste exemplaren, zoals dit exemplaar, zijn groen, met een brede bruine streep van boven op de kop tot over de voorvleugels. Samen met de zompsprinkhaan verschilt de krasser met andere sprinkhanen door de slechts weinig ingebogen halskielen, de korte vleugels en de donkere knie, die tegen de rest van de dij afsteekt. De krasser is relatief klein en komt zeer algemeen voor in ons land. De krasser lijkt heel veel op de zompsprinkhaan, maar de laatste heeft doorgaans wat langere vleugels.

NachtzwaluwNachtzwaluw 30-07-2016 Hijkerveld foto Dick van Dorp
De slotfoto is dit keer voorbehouden aan een vogelsoort, die je beslist niet al te vaak voor de lens zult krijgen, namelijk de Nachtzwaluw (Caprimulgus europaeus). De vogel werd bij toeval ontdekt tijdens wetenschappelijk onderzoek naar adders in het Drentse Hijkerveld. Zoals op de foto te zien, heeft de vogel kennelijk kort tevoren een beste regenbui over zich heen gehad. Nachtzwaluwen zijn hele bijzondere vogels, die overdag zelden worden gezien en ‘s nachts jagen op vliegende insecten.   Recentelijk onderzoek heeft uitgewezen dat het voedsel voor 80 % bestaat uit grote(re) nachtvlinders en dan met name uilen. Het ging lange tijd niet goed met de nachtzwaluwen in ons land, maar door selectieve boskap en andere vormen van heideherstel is het broedgebied de laatste jaren weer behoorlijk vergroot. Dat heeft geleid tot een spectaculair herstel van deze soort.

Uiteraard hebben we in deze maand nog veel meer foto’s gemaakt, dan we in deze natuurkalender hebben weergegeven. Wij willen u deze opnames niet onthouden, omdat hier ook veel mooi materiaal bij zit. Oordeelt u echter zelf door hier te klikken. De foto’s kunt u vergroten, net als bij de natuurkalender, door er op te klikken. 
Auteur: Wim Wijering
​

Foto’s: Leo, Fons en Wim Wijering, Laurents ten Voorde, Rinus Baaijens, Dick van Dorp, Selva Wilbers – Wijering en Noël Wilbers. ​
Copyright © 2014 Natuur en Vogelwerkgroep "De Grutto" | Sitemap | Colofon | ​Contact​