Zelf een nestkastje maken

zelf een nestkastje maken.

Onderstaand nestkastje is voor diverse vogelsoorten aantrekkelijk. Het verschil zit alleen in de diameter van de vliegopening.

Gezaagde onderdelen van de nestkast. De vliegopening is al aangebracht. Er is voor de vogels GEEN zitstokje bij de vliegopening nodig. Dit is alleen maar handig voor nestrovers!

Benodigd gereedschap en schroeven. U kunt natuurlijk ook een kastje met spijkers maken.

De 1e fase van de bouw, voorwand, zijwanden en bodem zijn angebracht. Let op. Nog niet het binnendak monteren, dit komt aan het buitendak! De achterwand is los op het kastje gelegd. Daarna wordt met de boor machine voorgeboord. De schroefgaatjes zijn te zien.

De ophanglat en toekomstige buitenkant van de achterwand zijn voor montage in de beits gezet. De plaats waar ophanglat en kastje elkaar raken, zijn nu voldoende beschermd. Na droging monteren we de achterwand aan de ophanglat. Vervolgens schroeven we dit op het nu nog blanke deel van de kast.

Het kastje is nu op het dak na compleet. Het kastje kan nu verder worden gebeitst en rustig drogen. Ook het dak kunnen we een 1e maal beitsen. Na droging wordt het dak passend maken.

Het binnendakje is na goed uitmeten, tegen het gebeitste buitendak geschroefd. Let er op dat het goed klemt.Bij storm mag het er niet afvallen! Eventueel met extra haakje(s), stukje draad o.i.d. het dak vergrendelen aan de kast.

Het 2* gebeitste kastje, in de ophanglat (onderste deel niet
zichtbaar op de foto) zijn gaatjes geboord voor de montage. Let er ook goed op, dat er geen schroeven of andere scherpe dingen aan de binnenkant van de kast uitsteken.

Het nestkastje is compleet! Eventueel kan als extra bescherming voor het dak, nog een stukje asfaltpapier worden aangebracht. Hang het nog niet op, maar laat de beits nog een paar dagen "uitstinken". Een goede plek (noord-oost) uitzoeken om het op te hangen en dan maar afwachten of het in gebruik wordt genomen.

Tips voor het ophangen / schoonmaken

De kast kan het best op een hoogte van twee tot drie me ter worden geplaatst aan een schutting, boom of gevel
Kies een rustige plaats uit. Er moet voldoende schuilgeleenheid voor de vogels zijn in de vorm van bosjes en struiken. De vogels moeten zich veilig voelen
De kast mag niet in de zon hangen en bij voorkeur niet in de wind. Richt de opening daarom naar het noordoosten.
Hang de kast zo dat katten er niet bij kunnen. Monteer eventueel gaas of een kattengordel om de boomstam.
De aanvliegroute naar de kast moet vrij zijn: er mogen geen takken of bladeren voor de vliegopening zitten.
Hang kasten niet te dicht bij elkaar. Kasten voor verschillende soorten, bijvoorbeeld pimpelmees en koolmees, moeten minimaal drie meter uit elkaar hangen. Kasten voor dezelfde soort moeten minimaal tien meter uit hangen. Op elkaars lip broeden leidt tot ruzie en dat kost energie.
Hang de kast voor maart al op, maar liever nog in de herfst. Dan kan hij in de winter als slaapplaats dienen.

Mocht uw nestkastje bewoond worden, kijk dan niet iedere week in het kastje om verstoring te voorkomen. Eén à twee keer gedurende de gehele broedperiode is geen bezwaar.

Wanneer u zeker weet dat er grote jongen in zitten, blijf er dan vanaf. De kans is dan erg groot dat ze te vroeg uitvliegen en een prooi voor de kat vormen.

In een oud nest overleven parasieten, die een volgend nest met jongen sterk kunnen verzwakken. Wacht met het schoonmaken tot de jongen zijn uitgevlogen. De beste tijd voor een schoonmaak is de herfst, als er geen risico meer is op verstoring van een vervolglegsel. Schudt al het oude nestmateriaal uit de kast. Met een harde borstel even uitboenen en de kast kan weer een broedseizoen mee.

Wanneer u bovenstaande regels een beetje opvolgt, heeft u het meeste kans op resultaat. Het kans overigens soms geruime tijd duren voordat uw kast wordt bewoond. Wees daarom geduldig.

Nestkasten