Excursie warkumerwaard 2014

Op zaterdag 14 juni 2014 reisden we met 12 personen af naar West Friesland. Voor de 5e keer in successie had de organisatiecommissie namelijk een excursie gepland naar de Warkumerwaard, net even buiten het idyllische plaatsje Workum.
Net als in het verleden fungeerde Willem Boersma van it Freaske Gea als onze natuurgids. Het weerzien met hem en zijn vrouw Doety was allerhartelijkst. Speciaal voor ons hadden ze heerlijke Friese koeken gebakken.
Het was op deze dag half bewolkt en er stond een stevige wind. Met een temperatuur van 19 tot 20° C was het niet onaangenaam. Dergelijke omstandigheden zijn van belang om dit gebied – uiteraard onder begeleiding - te mogen betreden. Bij slecht weer prevaleren immers de natuurbelangen. Zoals bekend brengen hier in mei en juni veel vogels hun jongen groot. De Warkumerwaard is vooral bekend als broedgebied voor kokmeeuwen, visdiefjes en weidevogels.
Net als in het verleden fungeerde Willem Boersma van it Freaske Gea als onze natuurgids. Het weerzien met hem en zijn vrouw Doety was allerhartelijkst. Speciaal voor ons hadden ze heerlijke Friese koeken gebakken.
Het was op deze dag half bewolkt en er stond een stevige wind. Met een temperatuur van 19 tot 20° C was het niet onaangenaam. Dergelijke omstandigheden zijn van belang om dit gebied – uiteraard onder begeleiding - te mogen betreden. Bij slecht weer prevaleren immers de natuurbelangen. Zoals bekend brengen hier in mei en juni veel vogels hun jongen groot. De Warkumerwaard is vooral bekend als broedgebied voor kokmeeuwen, visdiefjes en weidevogels.

Er broeden echter ook ganzen, eenden en strandlopers. Voor natuurliefhebbers, zoals wij, is het een verademing om in een dergelijk gebied te mogen meegenieten van de ontluikende natuur. Het ontwikkelt en bevordert in zekere zin het natuurbesef. Voor een aantal jeugdleden is zo’n excursie beslist een aanrader. Helaas kan er altijd maar een beperkt aantal mee.
We trokken deze keer bij het aquaresort “It Soal” via de zomerdijk de buiten- en binnenwaard van het gebied in. Op deze plek is een camping gelegen en is er een zone waar op het ondiepe gedeelte van het IJsselmeer “gesurfkite” mag worden. En dat zo dichtbij een prachtig natuurgebied. Gelukkig dient men zich aan allerlei regels te houden.
We trokken deze keer bij het aquaresort “It Soal” via de zomerdijk de buiten- en binnenwaard van het gebied in. Op deze plek is een camping gelegen en is er een zone waar op het ondiepe gedeelte van het IJsselmeer “gesurfkite” mag worden. En dat zo dichtbij een prachtig natuurgebied. Gelukkig dient men zich aan allerlei regels te houden.

Dat laatste geldt in zekere zin ook voor ons, als bezoekers. Het betreden van een dergelijk gebied vereist een zekere discipline. Dat betekent zoveel mogelijk in de buurt blijven van de natuurgids, niet te lang op dezelfde plek blijven “hangen” en vooral goed letten op het jonge grut wat we op veel plaatsen tegenkwamen.
Eén der onzen kreeg – zij het met een glimlach – een gele kaart, omdat het fotografievirus op enig moment een te sterke invloed op hem had. Binnen onze gelederen wordt er sowieso veel gefotografeerd. Je wilt nu eenmaal graag anderen mee laten genieten van de mooie opnames uit zo’n waardevol natuurgebied.

Al snel stonden we bijvoorbeeld oog in oog met groepjes vleeskleurige orchissen, met daartussen meerdere witte varianten. Natuurlijk werd hier uitgebreid aandacht aan besteed. De plantenliefhebbers kregen sowieso volop de kans om de botanische wereld in deze zilte omgeving in zich op te nemen. Van de meegenomen zakgidsen werd dan ook gretig gebruik gemaakt.
Niet veel later werd op de iets hoger gelegen zomerdijk het eerste legsel van een scholekster gevonden. In het nest zaten 2 eieren. Tijdens de excursie kwamen we nog meer (late) legsels tegen van deze soort, die zich tot de weidevogels laat rekenen.
Willem nam ons al snel mee naar zijn speciale plekje in de Warkumerwaard, vanwaar je het gebied goed kunt overzien. Het is een omzoomde rustplek voor wandelaars, die hier na het broedseizoen kunnen genieten van de omgeving. Willem is niet alleen een groot natuurkenner, maar ook een begenadigd verteller. Het duurde dan ook niet lang voordat hij een aantal grappige deugnietstreken uit zijn kindertijd de revue liet passeren. Ook tal van andere zaken, die met de voormalige Zuiderzee en zijn liefde voor de natuur te maken hebben, werden voor het voetlicht gebracht. Hij liet er geen misverstand over bestaan dat hij helemaal verknocht is aan dit gebied.
Niet veel later werd op de iets hoger gelegen zomerdijk het eerste legsel van een scholekster gevonden. In het nest zaten 2 eieren. Tijdens de excursie kwamen we nog meer (late) legsels tegen van deze soort, die zich tot de weidevogels laat rekenen.
Willem nam ons al snel mee naar zijn speciale plekje in de Warkumerwaard, vanwaar je het gebied goed kunt overzien. Het is een omzoomde rustplek voor wandelaars, die hier na het broedseizoen kunnen genieten van de omgeving. Willem is niet alleen een groot natuurkenner, maar ook een begenadigd verteller. Het duurde dan ook niet lang voordat hij een aantal grappige deugnietstreken uit zijn kindertijd de revue liet passeren. Ook tal van andere zaken, die met de voormalige Zuiderzee en zijn liefde voor de natuur te maken hebben, werden voor het voetlicht gebracht. Hij liet er geen misverstand over bestaan dat hij helemaal verknocht is aan dit gebied.

Na zijn zegje te hebben gedaan werd de tocht voortgezet en ging hij ons voor naar een plekje aan de waterkant, waar hij een broedplek (ingegraven emmer) voor een paartje bergeenden had gecreëerd. Voorzichtig verwijderde hij het deksel met daarop een grote plag en zag tot zijn spijt dat het legsel van de bergeend (12 eieren) in de steek was gelaten. Bergeenden zijn nu eenmaal erg verstoringsgevoelig. Nochtans kreeg ieder, die nog nooit een legsel van deze soort had gezien, thans de kans om een dergelijk legsel van dichtbij te bekijken.
Aansluitend nam onze natuurgids ons mee naar de aanwezige broedkolonie van de kokmeeuw. Het is wederom opmerkelijk hoe kort het duurt dat de broedvogels de lucht ingaan. Al snel landen ze weer en keert de rust terug in de kolonie. Links en rechts zagen we tal van kokmeeuwlegsels. Van afstand zagen we een hele soos kokmeeuwkuikens. Jonge kokmeeuwen verleiden hun ouders tot voedselafgifte door tegen de ondersnavel te tikken. Het opgebraakte voedsel is in een oogwenk in de hongerige magen van hun kroost verdwenen.
Aansluitend nam onze natuurgids ons mee naar de aanwezige broedkolonie van de kokmeeuw. Het is wederom opmerkelijk hoe kort het duurt dat de broedvogels de lucht ingaan. Al snel landen ze weer en keert de rust terug in de kolonie. Links en rechts zagen we tal van kokmeeuwlegsels. Van afstand zagen we een hele soos kokmeeuwkuikens. Jonge kokmeeuwen verleiden hun ouders tot voedselafgifte door tegen de ondersnavel te tikken. Het opgebraakte voedsel is in een oogwenk in de hongerige magen van hun kroost verdwenen.

Ook werd er nog een korte tijdspanne doorgebracht op het schelpenstrand van het IJsselmeer, om ons heen kijkend en luisterend naar de vele vogelgeluiden. Geregeld vlogen er brandganzen over ons heen, die hun broedplekje hier intussen ook hebben gevonden. Ook andere ganzensoorten, zoals Nijlgans, grauwe gans en Canadese gans komen hier als broedvogel voor evenals tal van eendensoorten. Tot deze laatste categorie behoren onder meer kuifeend, bergeend, krakeend en wilde eend.

Geregeld moesten we door het water “baggeren”, maar daar waren we – dankzij ervaringen in eerdere jaren – met onze hoge laarzen op voorbereid. Het was goed om te zien hoe voorzichtig eenieder door het gebied liep om toch maar vooral nergens op te trappen. Stel je voor dat je een kuiken over het hoofd ziet. Instinctmatig drukken de jongen zich immers op de grond of in een pol. Maar ook dit jaar gebeurden er geen ongelukjes. Je leert in de loop der jaren natuurlijk ook om je ogen goed de kost te geven.
Terug bij de auto’s maakten we een doorstart naar een tweetal zeer bloemrijke percelen met massa’s gevlekte orchissen, moerasvergeetmenietjes, grote ratelaars en goudknopjes. Al snel vlogen tal van alarmerende tureluurs om ons heen. Maar jonkies tegenkomen van deze soort; ho maar. Het zijn meesters om zich te verschuilen en verscholen te houden. Wel stonden of lagen we even later oog in oog met enkele jonge scholeksters, die het op een lopen zetten en zich vervolgens in de vegetatie verscholen.
Terug bij de auto’s maakten we een doorstart naar een tweetal zeer bloemrijke percelen met massa’s gevlekte orchissen, moerasvergeetmenietjes, grote ratelaars en goudknopjes. Al snel vlogen tal van alarmerende tureluurs om ons heen. Maar jonkies tegenkomen van deze soort; ho maar. Het zijn meesters om zich te verschuilen en verscholen te houden. Wel stonden of lagen we even later oog in oog met enkele jonge scholeksters, die het op een lopen zetten en zich vervolgens in de vegetatie verscholen.

En passant stuitten we ook op een laat kievitlegsel met 4 eieren. Late kievitlegsels komen we in onze contreien ook wel eens tegen, alhoewel dat door de gestage achteruitgang van deze ooit zo talrijke weidevogel steeds minder zal gaan worden.
Het was al met al weer een prachtige excursie. We namen dan ook hartelijk afscheid van onze natuurvriend uit Friesland. Niet echter dan nadat hij ons had laten weten dat we dit jaar in feite - voor een bezoek aan de Warkumerwaard - aan de late kant waren geweest. Hij nodigde ons daarom uit om volgend jaar in mei te komen. Dan was er volgens hem nog veel meer te zien en mee te maken. Een dergelijk aanbod laten we natuurlijk niet over onze kant gaan.
Omdat we nog anderhalf uur van de beschikbare tijd over hadden, besloten we nog even door te rijden naar Piaam. Hier bevindt zich vogelkijkhut “de Ral”. Lopend over het pad naar dit observatiepunt werd het oor meer dan eens te luisteren gelegd. Wij wonen nu eenmaal niet in een gebied met veel rietlanden. Al snel vingen we de karakteristieke geluiden op van bosrietzanger, rietzanger, rietgors, fitis en winterkoning. Verwachte soorten als baardman en blauwborst lieten het evenwel afweten. Wel vlogen er enkele atalanta’s.
Het was al met al weer een prachtige excursie. We namen dan ook hartelijk afscheid van onze natuurvriend uit Friesland. Niet echter dan nadat hij ons had laten weten dat we dit jaar in feite - voor een bezoek aan de Warkumerwaard - aan de late kant waren geweest. Hij nodigde ons daarom uit om volgend jaar in mei te komen. Dan was er volgens hem nog veel meer te zien en mee te maken. Een dergelijk aanbod laten we natuurlijk niet over onze kant gaan.
Omdat we nog anderhalf uur van de beschikbare tijd over hadden, besloten we nog even door te rijden naar Piaam. Hier bevindt zich vogelkijkhut “de Ral”. Lopend over het pad naar dit observatiepunt werd het oor meer dan eens te luisteren gelegd. Wij wonen nu eenmaal niet in een gebied met veel rietlanden. Al snel vingen we de karakteristieke geluiden op van bosrietzanger, rietzanger, rietgors, fitis en winterkoning. Verwachte soorten als baardman en blauwborst lieten het evenwel afweten. Wel vlogen er enkele atalanta’s.

Vanuit de kijkhut keken we geruime tijd uit over het IJsselmeer. Op het water dobberden grote aantallen (niet geslachtsrijpe) knobbelzwanen en boven het water scheerden 10-tallen gierzwaluwen. Wim deed zijn uiterste best om deze snelheidsduivels in de vlucht op de gevoelige plaat te krijgen. Verder zagen we diverse krak- en wilde eenden en 2 grote zilverreigers; kennelijk broedvogels. Ook werd een groenpootruiter en een bruine kiekendief gespot. Tegen vieren vonden we het welletjes en maakten we ons op voor de terugreis. Per slot van rekening hadden we nog circa 2 uur voor de boeg. Opnieuw zat een mooie excursie er op. Op dus naar de volgende.
Tekst: Henk Schepers en Wim Wijering
Foto’s: Wim Wijering
Tekst: Henk Schepers en Wim Wijering
Foto’s: Wim Wijering